In de Kamerbrief PAS-melders van 28 november 2024 toont de minister ambitie om de problematiek van de PAS-melders met urgentie op te lossen. Daarbij geeft ze ook aan de politieke en financiële eindverantwoordelijkheid te hebben. Wij waarderen die inzet.
Het raakt zeer aan ons rechtvaardigheidsgevoel dat deze bedrijven nu nog steeds in een benarde positie zitten, met alle zakelijke en persoonlijke gevolgen van dien.
Tegelijkertijd zien de provincies een grote complexe opgave op zich afkomen. De handhavingsverzoeken tegen PAS melders komen terecht bij de provincies als bevoegd gezag en voor de beoogde maatwerkaanpak wordt ook inzet van de provincies gevraagd. Dit terwijl een effectief geborgd maatregelpakket van het Rijk vooralsnog ontbreekt. Om die reden willen we provincies nog dit jaar met de minister in gesprek omtrent de randvoorwaarden die provincies nodig achten om de (rechts)zekerheid te geven die PAS melders nodig hebben.
De gezamenlijke provincies hebben daarvoor in het gesprek in ieder geval antwoorden nodig op de navolgende vragen:
- hoe gaat de minister voorzien in een (juridisch) geborgd pakket aan aanvullende maatregelen, om handhaving te voorkomen, maar ook een legale situatie te garanderen?
- hoe staat de minister garant voor PAS melders waarvoor de aanpak onvoldoende succesvol blijkt te zijn?
- Kunnen we ter uitvoering van de eindverantwoordelijkheid van het rijk een niet aflatende inzet verwachten tot de laatste PAS-melder gelegaliseerd is?
- hoe gaat de minister in een passende vergoeding van schade en kosten voor PAS melders voorzien?
- hoe voorziet de minister in de benodigde middelen en capaciteit ter uitvoering aan de beoogde aanpak?
Wij roepen de minister op om zo snel mogelijk in nauwe afstemming met provincies tot een plan van aanpak komen, waarmee recht wordt gedaan aan de gewenste duidelijkheid voor PAS melders.