Gezamenlijke inzet is belangrijk voor een verantwoorde invoering
De provincies hebben vandaag met minister De Jonge, de VNG en de Unie van Waterschappen gesproken over de stand van zaken van de Omgevingswet en de inwerkingtredingsdatum bepaald op 1 januari 2023. De provincies staan samen met de partners achter de samenhangende aanpak van de wet. Tijdens het Bestuurlijke Overleg op 27 januari jl. kwam naar voren dat er meer tijd nodig is om verder te werken aan de stabiliteit van de landelijke voorziening van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO-LV), de robuustheid van de keten en om werkprocessen in te regelen en hiermee te oefenen. Dit gebeurt aan de hand van een aangescherpte planning. De adviezen van het Adviescollege ICT-toetsing zijn hier nauw bij betrokken. Zo wordt de gehele digitale keten drie maanden indringend getest en is er daarna nog een half jaar om met de noodzakelijke functionaliteiten te oefenen en deze in te regelen. Het IPO onderschrijft het belang van indringend testen, omdat we in de keten afhankelijk zijn van elkaar.
Provincies hebben zich de afgelopen jaren intensief voorbereid op de Omgevingswet en kijken uit naar de invoering van de Omgevingswet. De provincies willen een belangrijke bijdrage leveren aan de ruimtelijke uitdagingen waar we in Nederland voor staan. We hebben de Omgevingswet nodig om de grote transities op het gebied van klimaat, energie, stikstof en wonen in samenhang en interbestuurlijk op te kunnen pakken in de regio. De Omgevingswet ondersteunt ons in het gebiedsgericht werken en het integraal afwegen van ruimtelijke opgaven.
Huib van Essen: “We zijn blij dat we met het vaststellen van de datum nu de duidelijkheid hebben die provincies nodig hebben om goed voorbereid te zijn op de inwerkingtreding. Het is essentieel dat de wet verantwoord wordt ingevoerd, zodat dienstverlening aan inwoners en bedrijven niet in het geding komt en gebiedsontwikkeling ongehinderd doorgang kan vinden. Daarom moet er in de praktijk voldoende ruimte en tijd zijn om te oefenen met het nieuwe digitale systeem dat de Omgevingswet ondersteunt. Daarvoor moeten we allereerst met elkaar, het DSO-LV, het bevoegd gezag de softwareleveranciers het stelsel van DSO stabiel en robuust maken. We kunnen de eindstreep alleen halen door samen te werken, ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid, in de geest van de wet.”
Geen uitstel meer
De provincies roepen de Kamers op tot snelle besluitvorming over de datum. Als beide Kamers na besluitvorming kiezen voor invoering van de Omgevingswet op 1 januari 2023 dan betekent dit dat nieuw uitstel niet aan de orde is. We gaan er met elkaar voor zorgen dat de minimale benodigdheden voor inwerkingtreding tijdig gereed zijn. Maar mocht dat onverhoopt niet lukken, dan zorgen we dat we met een plan B toch de Omgevingswet inwerking kunnen laten treden.
Belangrijk startmoment
De inwerkingtreding van de Omgevingswet is een belangrijk startmoment. Vanaf dan wordt de wet in de praktijk toegepast. Ook na de inwerkingtreding van de wet op 1 januari 2023 is er nog veel werk aan de winkel en kunnen onvolkomenheden niet worden uitgesloten. Het nieuwe stelsel voor het omgevingsrecht en het DSO-stelsel worden ook na inwerkingtreding verder ontwikkeld naar de eindambitie van scenario 3 uit het bestuursakkoord om de baten van de wet te kunnen realiseren.
Meer informatie
- Kamerbrief inwerkingtreding Omgevingswet(verwijst naar een andere website) (24 februari 2022)
- Kamerbrief Voorhang ontwerp koninklijk besluit inwerkingtreding Omgevingswet(verwijst naar een andere website) (24 februari 2022)
- Kamerbrief over reactie op rapport Adviescollege ICT programma Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO)(verwijst naar een andere website) (met bijlage het AcICT-advies over DSO-LV) (15 februari 2022)
- Beleidsreactie op AcICT-rapport over DSO-LV(verwijst naar een andere website) (24 februari 2022)