Het gaat om een totaalpakket aan afspraken. Om de situatie in Ter Apel te verlichten, is het streven om een noodopvanglocatie in een nabije gemeente te organiseren, van waar uit asielzoekers voor registratie en opvang gecontroleerd naar Ter Apel kunnen komen. De Veiligheidsregio’s spannen zich maximaal in om de 225 aanvullende plekken crisisnoodopvang (CNO) per regio te realiseren. Bovenop deze reeds afgesproken CNO-plaatsen worden er nogmaals 225 CNO-plaatsen per veiligheidsregio gerealiseerd.
Om de doorstroom verder op gang te krijgen is tijdige huisvesting van vergunninghouders noodzakelijk. Nog dit jaar zetten gemeenten zich in om 20.000 statushouders te huisvesten. Daarbij moet verdringing zoveel mogelijk voorkomen worden. Hiervoor moeten extra sociale huurwoningen worden gebouwd. De snelste manier om dat te doen is het bouwen van meer flexwoningen. Daarom is het doel opgehoogd naar 37.500 flexwoningen in de periode 2022-2024. Samen met gemeenten en provincies is er een pakket uitgewerkt waarin partijen zekerheden krijgen voor de plaatsing en herplaatsing van flexwoningen.
Van der Burg, staatssecretaris Justitie en Veiligheid: “Ter Apel is zichtbaar de dupe van het tekort aan opvangplekken in Nederland. Het is verschrikkelijk om te zien hoeveel mensen er elke nacht weer in de buitenlucht moeten slapen, omdat er te weinig opvangplekken beschikbaar zijn. Ik ben alle partijen dan ook dankbaar voor hun constructieve houding die tot deze bestuurlijke afspraken hebben geleid.”
‘Iedereen ziet onmenselijke situaties die we niet willen’, stelt voorzitter Bruls van het Veiligheidsberaad. ‘De nood is dramatisch hoog in Ter Apel en dat maakt het noodzakelijk om snel te komen tot een totaalpakket aan maatregelen, waarbij zowel naar de korte als ook naar de lange termijn wordt gekeken. Solidariteit staat hierbij voorop, we hebben alle partijen nodig om uit de asielcrisis te komen en te blijven.’
Jaap Smit, voorzitter van de gezamenlijke provincies (IPO): “ De beelden die de wereld overgaan uit de gemeente Westerwolde in de provincie Groningen onderstrepen dat het asielvraagstuk een groot Nederlands probleem is. De vandaag gemaakte afspraken zijn vanuit een sterk gedeeld gevoel van urgentie ook mede door de gezamenlijke provincies ondersteund.”
Minister de Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening: “Willen we iedereen een fatsoenlijk dak boven het hoofd kunnen bieden dan moet de bouw van flexwoningen fors worden opgevoerd. Samen met gemeenten en provincies geven we partijen zekerheden voor de plaatsing en herplaatsing van flexwoningen daarvoor trekken we €316 miljoen uit.”
Theo Weterings, portefeuillehouder Asiel bij de VNG: ‘Met deze afspraken leggen we een goede gezamenlijke basis om de mensonterende situatie in Ter Apel op te lossen. Ook kunnen we de opvang van asielzoekers en huisvesting en integratie van statushouders uit de crisisstand halen én houden, op een manier die meer draagvlak heeft bij gemeenten en onze inwoners. We zetten in op collectieve woonvormen die flexibel kunnen worden ingezet voor de huisvesting van statushouders en andere lokale spoedzoekers en andere doelgroepen. Maatwerk is daarbij belangrijk. De werkzaamheden die uit deze afspraken voortkomen worden volledig gecompenseerd door het rijk. Een belangrijk gegeven, gezien de slechte financiële vooruitzichten van gemeenten voor 2026.’
Aanvullende brief
De gezamenlijke provincies hebben een aanvullende brief naar het Rijk gestuurd. In de brief geven de provincies richting aan de onderdelen van de afspraken waarbij provincies mogelijk betrokken raken. Daarbij zijn drie punten belangrijk:
- Het verdeelvraagstuk van asielzoekers en de toewijzing van kwantitatieve doelstellingen voor gemeenten is een rijksverantwoordelijkheid.
- De systematiek van het interbestuurlijk toezicht voor statushouders kan navolging krijgen voor de toezichthoudende taak ten aanzien van de doelstellingen voor asielzoekers.
- Als het gaat om de concrete invulling van de provinciale taak werken we deze op een dusdanige wijze verder uit dat er geen verschil in opvatting bestaat over de wijze waarop die taak ook concreet kan worden uitgevoerd. Het bijbehorende instrumentarium en financiële randvoorwaarden zijn ook onderdeel van die uitwerking.