Om juridische en bestuurlijke redenen werd het verlengen van de BIS te ingewikkeld, liet staatssecretaris Uslu via een brief aan de kamer weten. Wel starten nieuwe vereenvoudigde aanvraagronden van de BIS en de Rijkscultuurfondsen. Ook wordt een eerdere verruiming van 25 miljoen verlengd voor de periode 2025 - 2028. Uslu schrijft in haar brief meerdere opties overwogen te hebben. Ze benadrukt dat er grote behoefte is aan “rust en ruimte in de sector”. Met name de coronacrisis heeft een grote impact op de cultuursector gehad. Ook geeft de staatssecretaris aan de tijd te willen nemen om het huidige bestel “kritisch tegen het licht te houden en noodzakelijke veranderingen door te voeren”. Haar keuze is gebaseerd op gesprekken met onder andere: medeoverheden, culturele organisaties, de Raad voor Cultuur en de Rijkscultuurfondsen.
De Culturele Basisinfrastructuur (BIS) is het landelijke culturele subsidiestelsel. Binnen de BIS wordt iedere vier jaar subsidie verstrekt aan culturele instellingen en aan de landelijke cultuurfondsen. Hierbij is onder meer aandacht voor onder andere podiumkunsten, musea, beeldende kunst, mode, film, letteren, urban, ontwerp, festivals, nieuwe genres en cross-overs.
In de brief reageert de staatssecretaris ook op het advies van de Raad voor cultuur en de oproep van andere partijen om fundamenteel en in de volle breedte naar het cultuurbestel in Nederland te kijken. Zij geven aan dat het systeem knelt en niet goed aansluit bij ontwikkelingen in het culturele leven en onvoldoende inwoners bereikt. Als reactie hierop geeft Uslu aan met alle betrokken partijen aan de slag te willen met het opstellen van een vernieuwingsagenda. In de nieuwe aanvraagronde worden de eerste verbeteringen doorgevoerd. De provincies herkennen de kritiek en zien dat het landelijk cultuurbeleid te weinig oog heeft voor regionale en lokale behoeften. Iedereen zou toegang moeten hebben tot kunst en cultuur Alle overheden moeten samenhangend investeren en goed samenwerken om dit te bereiken. Provincies gaan daarvoor graag in gesprek met de Staatssecretaris over de taakverdeling in het cultuurbestel.
De provincies reageren over het algemeen positief op het bericht van de Staatssecretaris. “Fijn dat er eindelijk duidelijkheid is voor iedereen. In de aanloop naar dit besluit hebben we vaak onze wensen en zorgen aan de staatssecretaris meegegeven. De nieuwe vereenvoudigde aanvraagronde geeft iedereen gelijke kansen. Het biedt rust en zekerheid aan culturele organisaties. Ook hebben zij nu meer ruimte voor vernieuwing. De verlenging van de 25 miljoen extra in de komende vier jaar draagt hier ook aan bij. Provincies zijn blij dat de middelen voor verbreding en vernieuwing van de culturele regionale infrastructuur in de provincies Flevoland, Friesland, Overijssel, Limburg, Drenthe en Zeeland ook inde periode 2025-2028 worden voortgezet. En goed om ook snel aan de slag te gaan met de vernieuwingsagenda: de provincies werken daar graag aan mee.” Aldus Sietske Poepjes, voorzitter van de bestuurlijke adviescommissie Cultuur namens de gezamenlijke provincies.